Vaak komen er leerlingen bij mij in de praktijk die enorm veel kennis hebben, de moeilijkste vragen kunnen oplossen en alles willen weten. Maar ’s morgens vergeten ze hun broodtrommel, ze zijn al tig keer hun huissleutel verloren en missen belangrijke afspraken. Elke keer zijn ze extra blaadjes voor het huiswerk kwijt en ze hebben ‘opeens’ een SO wat de leraar nooit gezegd heeft. Heel frustrerend.

Hoe kan dit? Het kan te maken hebben met problemen in de zogenaamde executieve functies. Dit zijn regelfuncties van de hersenen. Deze functies ontwikkelen zich in de loop der jaren steeds verder. Bij pubers zijn deze functies nog volop in ontwikkeling. Bij kinderen, jongeren en ook volwassenen met bijvoorbeeld ADHD, autisme, dyslexie en ook hoogbegaafdheid zijn deze executieve functies vaak nóg minder goed ontwikkeld. Eén van deze functies is het werkgeheugen, dat te maken heeft met bovengenoemde problemen. Het werkgeheugen helpt namelijk bij het onthouden van afspraken en instructies. Maar ook waar je iets hebt neergelegd en wanneer je iets moet doen. Ook de volgorde van instructies en aanwijzingen onthouden hoort hierbij. In het werkgeheugen sla je belangrijke informatie op die je later weer nodig hebt, bijvoorbeeld bij een berekening of een dubbele taak, zoals aantekeningen maken terwijl je luistert. Ook bij het onderscheiden van hoofd- en bijzaken speelt het werkgeheugen een rol.

Je zult begrijpen dat een minder goed ontwikkeld werkgeheugen veel problemen oplevert bij het schools functioneren en presteren. En niet alleen op school, maar in het hele dagelijks leven. Daarom is het belangrijk om hier aandacht voor te hebben.
Dit kan op verschillende manieren. Je kunt er als ‘omgeving’ rekening mee houden. Je kind ondersteunen door bijvoorbeeld herinneringen op een post-it te schrijven. Of een weekplanner zichtbaar thuis ophangen met daarop de afspraken en gebeurtenissen van de komende week. Bij jongere kinderen helpen pictogrammenlijstjes of afvinklijsten wanneer ze kunnen lezen. Bijvoorbeeld een lijstje in de voetbaltas met de spullen die je nodig hebt voor een wedstrijd.  

Ook docenten kunnen hier rekening mee houden. Huiswerk op tijd en goed in de digitale leeromgeving zetten of wanneer met een papieren agenda gewerkt wordt het huiswerk op het bord schrijven zodat de leerling het in zijn agenda kan overnemen. Daarnaast opdrachten schriftelijk meegeven of op een vaste plek in de leeromgeving zetten. Aan een leerling vragen om in eigen woorden te herhalen wat je zojuist gezegd hebt om te controleren of deze het daadwerkelijk heeft meegekregen. Én controleren of het echt in de agenda wordt genoteerd. Ook een powerpointpresentatie van de les aan de leerlingen geven kan helpen. Of foto’s laten maken van aantekeningen op het (digi)bord. En natuurlijk niet nog het huiswerk roepen wanneer de tassen al worden ingepakt.

Tenslotte, en dat is misschien wel het belangrijkste, kun je je kind leren om zichzelf te helpen. Een aantal tips:

  • Laat hem/ haar werken met afvinklijstjes.
  • Alle afspraken en huiswerk noteren in de agenda, zodra ze zijn opgegeven. Ook dit afvinken of doorstrepen als het gedaan is.
  • Leer het zelf een week- of dagplanning maken
  • Laat het post-its ophangen met dingen die het niet mag vergeten en deze weghalen als het is gedaan.
  • Herinneringen in de mobiele telefoon zetten met een alarmsignaal.
  • Extra leermomenten inplannen voor het stampen van woorden en begrippen om zo de informatie voldoende op te slaan.
  • De instructie van de docent opnemen in de spraakrecorder van de mobiele telefoon (eerst wel even toestemming aan de docent vragen)
  • Kladpapier gebruiken bij het maken van opgaven!
  • Stappenplannen, bijvoorbeeld voor berekeningen, uit het hoofd leren en telkens op dezelfde manier toepassen.
  • Formules op een papiertje schrijven en op de muur hangen zodat het ze telkens tegenkomt.
  • Gebruik maken van filmpjes met uitleg op internet om de stof beter te begrijpen, bijvoorbeeld via www.wiskundeacademie.nl of Youtube.
Chat openen
1
Hoi! Kan ik je helpen?